Strepen
Ik lees heel langzaam in de uitstekende biografie van Matisse, geschreven door Hilary Spurling, een boek dat ik lang geleden van Jacobien de Rooij kreeg. Het nieuwe lezen! Met mijn iPad ernaast zoek ik alles op wat er in het boek voorkomt en vragen oproept. Woorden en namen die ik niet ken, schilderijen waar ik geen beeld bij heb, plaatsen op de kaart, straatnamen, huizen – heel precies te zien op google-streetview, hupsakee, ah, schuin boven de ijssalon; dáár woonde Matisse aan de Quay St. Michel! Of ik fiets even naar Pompidou, loop naar de vijfde etage en neem de tijd voor het schilderij dat net beschreven is.
Wat ik eigenlijk niet wist is dat Matisse in Frankrijk lange tijd verguisd werd. Behalve aan bevriende collega’s, duurde het tot in de jaren ’20 dat een Franse verzamelaar werk van hem kocht. De Russische textielhandelaar en mecenas Shchukin was tot de jaren ‘20 zijn vrijwel enige fan die hem specifieke opdrachten gaf om de zalen in zijn stadspaleis in Moskou mee te decoreren.
I read very slowly in the excellent biography of Matisse, written by Hilary Spurling, a book I received a long time ago from Jacobien de Rooij. The new reading! With my iPad next to it, I look up everything that appears in the book and raises questions. Words and names I do not know, paintings that I do not have a picture of, places on the map, street names, houses – to be seen exactly on google streetview, ah, diagonally above the ice cream parlor; that is where Matisse lived at the Quay St. Michel! Or I cycle to Pompidou, walk to the fifth floor and take the time for the painting that has just been described.
What I did not know is that Matisse was maligned in France for a long time. Except for friendly colleagues, it took until the 1920s that a French collector bought work from him. The Russian textile merchant and patron Shchukin was until the twenties his almost only fan who gave him specific assignments to decorate the halls in his city palace in Moscow.
Zijn tentoongestelde werken in Parijs leidden telkens tot zeer kritische en ronduit vijandige recensies in kranten en tijdschriften. Zodanig dat men –als men hem bezocht- rekende op een ontmoeting met een wilde, onaangepaste kunstenaar en verbaasd was de gastvrije, bescheiden, aardige man te treffen die hij geweest moet zijn.
De Eerste Wereldoorlog: 1914. In deze jaren, de jaren van de grote onrust in Europa, schildert hij zijn meest grensverleggende, kaalgeschraapte, compromisloze doeken. Matisse zoals we hem vooral kennen van het licht, de kleur, het mediterrane en het zorgeloze is van veel later.
Henri Matisse zit in Parijs waar men aanvankelijk zonder vrees wacht op wat komen gaat. Maar dan komen er steeds meer alarmerende berichten over oprukkende Duitse troepen, tienduizenden Franse soldaten die in allerijl verplaatst worden, overvolle treinen en een haastig vertrek van de buitenlanders. Hij wordt afgekeurd en voelt zich schuldig en bezwaard niet actief deel te kunnen nemen. Het huis van Matisse en zijn gezin in Issy, ten zuiden van Parijs, wordt geconfisceerd. Ze betrekken met z’n vijven zijn kleine atelier in de binnenstad. De kunsthandel komt stil te liggen, de Amerikaanse verzamelaars vertrekken zo snel ze kunnen en veel van zijn vrienden zijn opgeroepen. Het enige werk dat Matisse in die maanden schildert is een raam met luiken, dat geen uitzicht toont dan op een diep zwart, into the black future zoals Aragon het dan omschrijft. French window at Collioure. Het zou pas na zijn dood, in 1966 voor het eerst tentoongesteld worden, en –geoefend als de kijker inmiddels geworden was- dan geen ophef meer veroorzaken.
His exhibited works in Paris always led to very critical and downright hostile reviews in newspapers and magazines. Such that when one visited him – one counted on a meeting with a wild, unadapted artist and was surprised to meet the hospitable, modest, nice man he must have been.
The First World War: 1914. In these years, the years of great unrest in Europe, he paints his most ground-breaking, bald-scraped, uncompromising canvases. Matisse as we mainly know him from the light, the color, the Mediterranean and the carefree, is much later.
Henri Matisse is in Paris where people are initially waiting for what is to come without fear. But then there are more and more alarming reports about advancing German troops, tens of thousands of French soldiers who are being displaced in haste, crowded trains and a hasty departure from the foreigners. He is rejected and feels guilty and burdened not to be able to actively participate. The house of Matisse and his family in Issy, south of Paris, is confiscated. The family moves into his small studio in the city center. The art trade comes to a halt, the American collectors leave as quickly as they can and many of his friends have been called for service. The only work that Matisse paints in those months is a window with shutters that shows no view but a deep black, ‘into the black future’ as Aragon describes it. French window at Collioure. It would only be displayed for the first time after his death, in 1966, and – experienced as the viewer had meanwhile become – no longer caused a stir.
(zie hoe armoedig en verschillend de plaatjes van internet zijn en niet in de nabijheid van het echte werk komen, sommige afbeeldingen zijn zelfs gespiegeld)
De stad raakt afgesloten, goederen worden schaars, de dagelijkse berichten over de vele tienduizenden doden stemmen hem somber en wanhopig; vrienden keren niet meer terug. De slag bij de Marne, waar honderdduizenden Fransen de dood vinden. Lange tijd is de viool voor Matisse de enige uitlaatklep, maar dan vraagt hij zijn dochter Marguerite te poseren. Zij draagt een gestreept jasje en een klein leren hoedje. ‘This picture wants to take me somewhere else; do you feel up to it?’ vraagt hij haar. Het wordt een van de meest radicale portretten van Matisse en het hangt hier, in Centre Pompidou.
The city is shut off, goods are becoming scarce, the daily reports about the tens of thousands of deaths make him gloomy and desperate; friends do not return. The battle of the Marne, where hundreds of thousands of French people are killed. For a long time the violin for Matisse is the only outlet, but then he asks his daughter Marguerite to pose. She wears a striped jacket and a small leather hat. ‘This picture wants to take me somewhere else; Do you feel up to it?’ he asks her. It becomes one of the most radical portraits of Matisse and it hangs here, in the Centre Pompidou.
Tête blanche et rose (november 1914).
Daniel Buren, Les Portes (Camino a las puertas), 1985
Op het tekstbordje naast het schilderij wordt ook een werk van Daniel Buren vermeld. Dat de kunstenaar van de strepen van dit werk zou houden kon ik me wel voorstellen, maar nergens zag ik een werk dat van hem kon zijn. Tot ik beter keek: Buren heeft een streepdoek áchter het schilderij verstopt, als een beschermende tussenlaag die er nog nét langs kraagt. Gemaakt in 1976, het jaar waarin het doek van Matisse verworven werd. Een bescheidener hommage kan haast niet.
On the text label next to the painting, a work by Daniel Buren is also mentioned. I could imagine that the artist would like the stripes of this work, but nowhere did I see a work that could be his. Until I looked better: Buren has hidden a striped textile against the painting, as a protective layer that still sticks along. Made in 1976, the year in which the canvas of Matisse was acquired. A more modest homage is hardly possible.
* Ik lees ergens dat de strepen van Daniel Buren in het trappenhuis van het Stedelijk, gebaseerd zijn op de kleurverhouding van ‘De parkiet en de zeemeermin’ van Matisse, en ook in 1976 voor de eerste keer aangebracht.
* I read somewhere that the stripes of Daniel Buren in the stairwell of the Stedelijk, based on the color ratio of ‘The parakeet and the mermaid’ of Matisse, and also applied in 1976 for the first time.