The death of the last Centaur (1914), in het atelier van Emile Antoine Bourdelle. Chiron, half mens/half paard is gewond door een gifpijl van Herakles. Het lichaam getordeerd, zijn rechterarm houdt de lier vast die op zijn rug rust. Hij is door zijn hoeven gezakt, zijn hoofd ligt in een merkwaardige hoek op zijn schouder, gelaten afwachtend, berustend zo lijkt het.
De Pietà de Villeneuve les Avignon (rond 1450) in het Louvre. De drie omringende figuren, Johannes, Maria en Maria Magdalena zijn alleen in hun verdriet, alle drie ingetogen, stil. Johannes probeert voorzichtig met zijn vingers door het aureool heen, de doornenkroon weg te nemen. Het is bijna of hij de snaren van een harp bespeelt. Met zijn andere hand ondersteunt hij het hoofd van Christus. De tranen van Maria vermengen zich met het bloed uit de wond van Christus.
Vandaag, bij het zien van de centaur, moest ik aan dit werk van mijzelf denken. Toen ik er aan bezig was, in 2006, besloot ik de ezel in stukken ondersteboven te hangen nadat ik een documentaire had gezien, waarin een filmmaker voor het eerst toegang kreeg tot het Amerikaans Militair hospitaal in Irak, Baghdad ER. Hij filmde de hel.